Agrifoodclicks

Gezond komt ook op Schiphol Plaza uit de muur

Health Food Wall opende onlangs  een gezonde automaat op Schiphol Plaza. Uit de  snackmuur komen vegetarische, veganistische en glutenvrije maaltijden voor reizigers van Schiphol, de NS en werknemers van Schiphol.

Health Food Wall biedt de gezonde maaltijden binnen aan, met keuze voor plantaardige of glutenvrije gerechten. De automaat speelt in op de behoefte aan snelheid en gemak in combinatie met gezondheid en duurzaamheid. “Mensen kiezen steeds bewuster en zijn kritischer over hun voeding. Health Food Wall maakt de keuze makkelijker dan ooit.” – Anouk Snelders, eigenaar en oprichter van Health

Food Wall

Op Schiphol Plaza worden zes verschillende seizoensgebonden maaltijden aangeboden. Het  zijn complete en vullende maaltijden, bijvoorbeeld een rijstmaaltijd met gemarineerde tempeh, diverse groenten en een romige pindasaus. De automaat is vernieuwd en heeft een duurzame en groene uitstraling. De verpakkingen, van bakje tot bestek, zijn van biologisch afbreekbaar materiaal.

Ook in Amsterdam

Dit jaar opent Health Food Wall op diverse locaties in de omgeving van Amsterdam.  Vorig najaar startte Anouk Snelders de eerste  gezonde snackmuur aan de Amsterdamse Kinkerstraat.  De muur met bevat vier verschillende vegetarische maaltijden en twee salades, variërend van een curry met couscous en zoete aardappel tot een bietenburger met side salad op huisgemaakt quinoa-chiazaad brood.

Dit brood is ook in de lunchroom te koop. De klant kan hier verder ontbijtjes en gezonde snacks bestellen. Op de kaart een smoothie bowl met huisgemaakte granola en vers fruit of (kokos)yoghurt met topping en verder vegan brownies, bananenbrood, glutenvrije cake en taarten. Ook worden er diverse smoothies,  gezonde dranken en koffie verkocht. Alle producten zijn to go verkrijgbaar, maar is ook gelegenheid om maaltijden ter plekke te consumeren. De producten worden vers bereid in de open keuken op de locatie.

Health-food-wall-amsterdam-2

Health Food Wall ontstond door een behoefte aan een gezonde, snelle en makkelijke maaltijd, vertelt Anouk Snelders. ‘Als voorbeeld nam ik de FEBO, waar snel een hap uit de muur getrokken kon worden. In plaats van een ongezonde hap kan bij Health Food Wall een gezonde, vegetarische en verse maaltijd uit de muur worden getrokken’.

Het idee ontstond na haar studie in Amerika. ‘In Amerika maakte ik kennis met de fastfood industrie en de grote behoefte aan snelle betaalbare maaltijden. Dat het trekautomaten concept nog niet bestond in Amerika verbaasde me. Daarna ben ik Voeding en Diëtetiek gaan studeren, en ontstond mijn passie voor gezonde voeding en koken’.

‘Net als in Amerika is er ook in Nederland steeds meer behoefte aan een snelle en makkelijke maaltijd en zie je daarnaast een mooie trend ontstaan van plantaardig eten. Ik zag een gat in de markt door gezond en plantaardig eten te combineren met de snelheid en efficiëntie van de trekautomaat’.

Uit gekoelde vakken

De muur met daarin maaltijden en salades is continu gekoeld, waardoor de producten vers blijven. De klant kiest zijn maaltijd uit de muur, selecteert de maaltijd in het touchscreen en betaalt vervolgens  contactloos)met pin. Daarna gaat het gewenste vakje automatisch open en kan hij zijn maaltijd met bestek en tasje direct pakken en gemakkelijk meenemen. De verpakkingen zijn van bio-afbreekbaar materiaal. De prijzen van de maaltijden liggen op gemiddeld 8 euro.

Ook catering en workshops

Health Food Wall is ook beschikbaar voor vegetarische, vegan en glutenvrije catering voor particulieren of bedrijven. Ook worden er elke maand workshops gegeven met thema’s die horen bij een gezonde leefstijl. Denk aan een bootcamp in Amsterdam gevolgd door een gezonde lunch bij Health Food Wall, of een lezing door een kookboekschrijver.

Het concept is ontworpen voor een snelle doorgroei. Doordat de maaltijden gemakkelijk te bereiden en aan te vullen zijn, de muur makkelijk te bedienen is en het concept ondersteund wordt door een uniek interieur en design is Health Food Wall geschikt voor bijvoorbeeld bedrijfskantines

Smart Potatoe: slimme aardappel meet groeiseizoen

Derk Gesink volgt straks met sensoren de aardappel tijdens de teelt, vanaf het poten tot en met het einde van de bewaring. De akkerbouwer in Mensingeweer weet dan precies hoe gaat met de voortgang in het groeiseizoen. Dit seizoen wordt de waarde van deze sensortechnologie getest.

De Groninger akkerbouwer doet mee aan Smart Potatoe, een project in het kader van 5Groningen in combinatie met studenten van de Hanzehogeschool. Het volgen van de teelt blijft in de praktijk nog even toekomstmuziek, want dit seizoen wordt de waarde van deze sensortechnologie vooral getest.

“Het project is een mooie kans om technologieën te ontwikkelen voor landbouw waar wij in de toekomst verder mee kunnen. Daarnaast is het erg leuk om studenten te betrekken bij het landbouwbedrijf en ze te leren denken hoe techniek en natuur met elkaar samen te laten werken”, zo ervaart Gesink.

Dit seizoen verzamelt de sensor in een proef in een perceel van 9 hectare gegevens als vocht, temperatuur, stikstof en tijdens de opslag CO2. Er wordt tot nu toe gewerkt met één  sensor per hectare “om eerst de communicatie voor elkaar te krijgen”.

  Smart Potato 3.jpg.jpg-aviary-20170510-094824Smart Potato 1.jpg-aviary-20170510-094636
Een testlocatie met de plaats waar sensoren van Smart Potatoe in de grond zitten (beeld: 5Groningen)

Geeft dit dan wel een goed beeld? Wat als juist de plek waar de sensor ligt afwijkt ten opzichte van de rest van het perceel? Gesink: “Dat zijn inderdaad allemaal nog vragen die beantwoord moeten worden. Wellicht kunnen bodemkaarten, satellietdata,  drone data of historische opbrengstkaarten worden gebruikt voor het bepalen van de juiste plek”. Ook het ijken van de techniek is een aspect dat nog aan de orde komt. “Zo ver zijn we nog niet, maar dat is vooral een technisch vraagstuk”.

Per hectare aardappelen wordt er een exemplaar – uitgevoerd in de vorm van een grote aardappel, eigenlijk een kleine biet – in de grond gepoot. Gesink: “Het is de bedoeling om de sensor in de aardappelrug te plaatsen, dus alleen in aardappelen, maar voor tulpen of andere bollen zou de sensor ook geschikt kunnen zijn”.

(more…)

Euro Pool System en Bakker Barendrecht/Albert Heijn halen verse agf met de trein vanuit Spaanse kuststreek

Cool-Rail

De nieuwe koeltrein Coolrail, die sinds deze week drie keer wekelijks gaat rijden, bespaart 12.000 vrachtautoritten en 70 procent C02, zo verwachten initiatiefnemers Euro Pool System en Bakker Barendrecht/Albert Heijn. De verbinding is daarnaast net zo snel, betrouwbaar en betaalbaar als vervoer over de weg.

In 2016 werd er al een pilot gehouden waarbij groente en fruit uit de regio Valencia per koeltrein richting Noord-Europa werd vervoerd, maar toen bleken er nog wat obstakels te zijn. Die zijn nu weggenomen, stelt Gerjo Scheringa, CEO van Euro Pool System. “Het duurzaam vervoeren van groente en fruit sluit aan bij de wens van leveranciers en retailers. Het transport per trein zorgt voor een CO2-besparing van 70 tot 90 procent, afhankelijk van het gewicht van het te vervoeren fruit.” De rit duurt, inclusief overslag aan de Frans-Spaanse grens, 48 uur. Partner Shuttlewise gaat helpen om de trein door de landen heen te leiden.

CoolRail vervoerde drie jaar geleden in deze pilot versproducten uit Valencia naar Nederland, Belgie en Duitsland. De treinverbinding werd opgezet door Albert Heijn, Colruyt, Edeka, Plus en Sligro, groothandel en logistieke dienstverleners.

Vers duurzaam vervoeren

De deelnemers aan het initiatief willen met de spoorverbinding iedere week grote partijen verse groenten en fruit uit de Spaanse kuststreek duurzaam gaan vervoeren naar Rotterdam en van daaruit naar supermarkten in  Nederland, België en Duitsland. Zij verwachten toen al op deze manier ruim 70 procent CO2  te besparen ten opzichte van wegtransport. Vanuit Rotterdam worden jaarlijks meer dan 1,5 miljoen ton versladingen voor de Noord-Europese markt aangevoerd.

Verduurzamen  

Hoewel veel verladers op zoek zijn naar het verduurzamen van de keten, bespeurt Martijn Elbers van Shuttlewise nog wel wat koudwatervrees bij deze partijen. “Zij moeten soms nog een mindshift maken. Natuurlijk, een vrachtauto bestel je en die staat morgen op de stoep. Dit vergt wat meer planning, maar als de frequentie verder omhoog gaat dan is dat straks geen issue meer.” Daarnaast verwacht hij dat  ook de reistijd van 48 uur op termijn naar beneden gaat. “Er zit nogal wat ruis op de lijn. Maar ik denk dat er nog zeker 20 uur van af kan. Als dat lukt is de trein sneller dan de vrachtauto.”

Ook vanuit Duitsland

De pilot met de lijn tussen de treinterminals in het Spaanse Almussafes in Valencia en CTS Köln werd drie jaar geleden uitgevoerd door Transfesa, een onderdeel van DB-Schenker. Tot nu toe rijden de versproducten nog over de weg vanaf Keulen naar de winkel-dc’s. Het is de verwachting dat op termijn treinen van CoolRail ook vanuit Keulen het vers naar Rotterdam gaan vervoeren. Dit zal dan vijf keer per week in plaats van twee keer gebeuren, zo was destijds het plan.

Aan de verbinding werkten eveneens agf-groothandel Bakker Barendrecht en  dienstverlener in meermalige verpakkingen Euro Pool System mee, plus agf-leverancier Smeding, Visbeen Transport, Havenbedrijf Rotterdam en adviesbureau Mercator Novus.

Future 50 Foods: dit wordt het voedsel van de toekomst

Future 50 Foods Knorr 902837_460569854055860_479304135_o

Unilever-merk Knorr, het Wereld Natuurfonds en dr. Adam Drewnowski, directeur van The Center of Public Health Nutrition aan de Universiteit van Washington, hebben The Future 50 Foods opgesteld. Op de lijst staan 50 plantaardige voedingsmiddelen die de voedingswaarde van maaltijden kunnen verhogen en tegelijkertijd het negatieve effect van voedselproductie aanzienlijk verminderen.

Op dit moment komt driekwart van de voeding op de wereld van slechts twaalf gewassen en vijf diersoorten. De aarde kan volgens deskundigen na minder dan zestig oogsten niet meer voldoende voedsel produceren voor de groeiende wereldbevolking. Tenzij eetgewoonten wereldwijd gaan veranderen.

 Future 50 Foods is gebaseerd op drie basisprincipes voor een gezondere wereldbevolking en een gezondere planeet:

  • Meer variatie en een grotere hoeveelheid groenten
  • Meer plantaardige eiwitbronnen in plaats van vlees, gevogelte, zuivel en vis
  • Meer variatie in de soorten gewassen en andere bronnen van koolhydraten

Voedingswaarde, smaak en milieu-impact

De Future 50 Foods lijst bevat bekende, maar vaak nog onderbenutte ingrediënten zoals linzen, quinoa en boerenkool, en minder bekende ingrediënten zoals fonio, pompoenbloemen en cactus.

Ieder ingrediënt is geselecteerd op basis van voedingswaarde, smaak en lage impact op het milieu. Een deel van de gewassen hebben tevens een hogere opbrengst dan de nu gangbare landbouwgewassen. Bovendien zijn sommige gewassen toleranter voor extreme weers- en milieuomstandigheden.

Nutritional Concepts Lab verwerkt agf tot gezonde gepersonaliseerde voeding

Het Nutritional Concepts Lab in Venlo verwerkt groenten en fruit tot voeding. Uitgangspunt hierbij is dat de bioactieve stoffen die in het uitgangsmateriaal aanwezig zijn behouden blijven. Deze stoffen hebben een preventieve werking op de weerstand tegen de verschillende welvaartsziekten.

De R&D faciliteit, een van de nieuwe onderzoekslaboratorium op de Brightlands Campus in Venlo, ontwikkelt innovatieve mixen die worden ingezet in de humane interventietest met Universiteit van Maastricht. Doel van het onderzoek is het wetenschappelijk aantonen dat de verschillende bio actieve stoffen specifiek weerstandverhogende effecten genereren tegen diverse welvaartsziekten. Uiteindelijk leveren ze in de praktijk toekomstig een bijdrage aan het gezond ouder worden.

Brightlands Campus Greenport Venlo i275411Brigh10_519234505142964_589323410790596109_n 

De nieuwe R&D locatie op de Brightland Campus is een installatie van 10 meter hoog die regionale groenten en fruitproducten bewerkt waarbij de gezonde inhoudsstoffen behouden blijven.

De installatie is een aanscherping van de  Smoodtechnologie die Henri Michiels zo’n vijf jaar geleden ontwikkelde. De voormalig directeur en aandeelhouder van machinefabrikant Dinnissen ontwikkelde Smood, een voedingsconcept ontstaan vanuit de basisgedachte dat verse producten zoals groenten en fruit gezond, maar tegelijkertijd beperkt houdbaar zijn. De Smoodtechnologie maakt deze versproducten  langer houdbaar, terwijl vitaminen en andere gezonde bestanddelen behouden blijven.

De installatie in het Nutritional Concepts Lab biedt de volgende gecontroleerde processen: mengen, drogen en coaten. Het proces vindt geconditioneerd plaats via een vacuüm coatingtechnologie en door op een lage temperatuur te processen. Door het proces onder de 40°C te houden behoudt het product smaak, vitaminen en andere voedzame stoffen en blijven deze beschikbaar in het eindproduct. De bewerkte producten zijn ongeveer een jaar houdbaar.

‘’Het proces heeft vele manieren van bereiden van producten: separaat of in combinatie, met over- en onderdruk en verwarmen via wokken, au bain marie en dergelijke’’, vertelt directeur Raymond Nolet van Mifood die de procesinstallatie beheert.

‘’Het verwerken van groente en fruit met behoud van bio actieve stoffen tot voeding met een preventieve werking heeft gezondheidseffecten op mensen met diabetes, hart- en vaatziekten en bepaalde kankersoorten”, aldus Nolet. De producten zijn leverbaar in pearls met een stevige lading groente en fruitbestanddelen en zonder toegevoegde suikers. Ook geëxtrudeerde producten met een gezonde coating als basis voor diverse producten zoals over de salades en in soepen en maaltijden zijn mogelijk.

Zelf testen

 Geïnteresseerde voedingsmiddelenfabrikanten kunnen zelf testen in het NCL of er hun eigen producten aangevuld met de Dinnissen technologie Iaten vervaardigen. Productieruns zijn mogelijk tot 100 kilo per batch. Raymond Nolet: “Onze faciliteit is tweeënhalve dag per week beschikbaar voor bedrijven die willen innoveren. Zij worden begeleid door ons team van operators”.

De producten worden na de R&D fase in Venlo op de werking en effecten van de bioactieve stoffen getest in de labs in Venlo. Daarnaast worden bij UM in Maastricht humane interventietesten uitgevoerd. Er start een drie jarig onderzoek onder 200 consumenten naar de gezondheidseffecten van de groenten- en fruitmixen.

De vier campussen van Brightlands zijn een initiatief van de provincie Limburg, verschillende Limburgse onderwijsinstellingen, Maastricht UMC+ en bedrijven in de regio.

Het nieuwe Nutritional Concepts Lab is het tiende onderzoekslaboratorium op de Brightlands Campus in Venlo. Er zijn tot nu toe 52 bedrijven en instellingen gevestigd op de locatie.

Avebe groeit mee in de marktvraag naar plantaardig

    Avebe-head-office-small-576x275

Aardappeleiwit heeft ijzersterke troeven in wereldwijde behoefte voedingseiwit

Ria Besseling

Avebe opende afgelopen zomer een nieuwe productielijn voor voedingseiwit Solanic in de fabriek in Gasselternijveen. Het concern wil met de nieuwe lijn de plantaardige eiwitproductie voor humane voeding verder uitbreiden. De reden: de wereldwijd groeiende marktvraag naar plantaardig.

Aardappeleiwit: een restproduct dat vroeger goed was voor afvoer, daarna voor veevoer en sinds een jaar of tien past het steeds beter als hoogwaardig ingrediënt voor voeding. Avebe gaat volop mee in die toenemende waardering voor het plantaardig eiwit. Het concern speelde hierop vorig jaar in met het verruimen van de productiecapaciteit en met nieuwe productconcepten.

Aardappeleiwit heeft minstens drie ijzersterke troeven: het bezit een hoge voedingswaarde en dezelfde functionele eigenschappen – schuimen, emulgeren en geleren – als dierlijk eiwit en het heeft een riante voorsprong als duurzaam ingrediënt.

Het aardappelbedrijf bouwde met productconcepten als Solanic al meer dan tien jaar een solide naam op in de markt. In dit concept is aardappelzetmeel behandeld met een enzym dat producten als zuivel een volle romige textuur geeft. Het Etenia-concept bevat geen e-nummer en geeft mogelijkheden om clean label concepten voor uiteenlopende toepassingen te ontwikkelen. 

 ‘Avebe wil zich positioneren als expert op het gebied van textuur van plantaardige alternatieven’

Groei in goede voeding

In haar nieuwe strategie Binden & Bouwen 2.0 zet Avebe groei in goede voeding centraal. Dit betekent voor het bedrijf groeien in voedingsingrediënten die gezond en duurzaam zijn. Eiwit met het merk Solanic, zetmeel met de merken Etenia en Eliane en combinaties van beide zoals Perfectasol vormen een uitstekend ingrediënt in alternatieven voor vlees. Om te kunnen voldoen aan de groeiende marktvraag verdubbelde het concern de productiecapaciteit met de nieuwe Solanic productielijn in Gasseltenijveen. Het concern investeerde in totaal 55 miljoen euro voor uitbreiding van de eiwitproductie en verduurzaming van de productiecapaciteit. Dat gebeurt onder meer door sap na de aardappelverwerking te zuiveren tot proceswater.

De vegetarische markt wordt een grotere afnemer van aardappeleiwit. Zo gebruikt De Vegetarische Slager het eiwit als ingrediënt ter vervanging van kippeneiwit in de plantaardige Roockworst die dit jaar is gelanceerd. Aardappeleiwit zorgt voor een goede textuur en stevigheid en draagt het plantaardige label.

“Avebe heeft in haar strategie tot 2023 de focus op duurzame en gezonde voeding gericht. Dit past uitstekend bij de trend dat consumenten steeds vaker plantaardige producten eten in plaats van dierlijke producten. Ze beseffen dat minder vlees eten goed is voor mens, dier en milieu”, aldus marketing manager Jaap Harkema. “Dan heb ik het niet alleen over vegetariërs en veganisten, maar ook over een grote groep flexitariërs: mensen die een paar keer week geen vlees te eten omdat ze bezig zijn met dierenwelzijn, duurzaamheid of hun eigen gezondheid. De consument wil meer keus en betere kwaliteit”.

 

Avebe pizza-topping-576x275

De ingrediënten van Avebe komen terug in uiteenlopende voedingsproducten

“Dit stelt de voedingsproducent voor uitdagingen: wanneer je een product ‘ombouwt’ van dierlijk naar plantaardig veranderen textuur, smaak en voedingswaarde. Avebe wil zich positioneren als expert op het gebied van de textuur van plantaardige alternatieven voor vlees, zuivel, zoetwaren, sauzen en bakkerijproducten. Al onze producten, aardappelzetmeel, -eiwit en –vezels, zijn uiteraard plantaardig maar ook allergeenvrij en uitstekend in staat om dierlijke grondstoffen als melk, ei of gelatine te vervangen zonder in te leveren op textuur en mondgevoel”.

Perfectasol D520 is hiervan een goed voorbeeld volgens Harkema. “Dit is een textuuroplossing  voor plantaardige pizzakaas die het smeltgedrag en mondgevoel van op melk gebaseerde kaas benadert. Maar dan duurzaam en vrij van E-nummers en allergenen. Avebe won met dit  concept in een combinatie van aardappelzetmeel en –eiwit vorig najaar de Most Novel Protein Ingredient Award op de Protein Summit van Bridge2Food.”

Perfectasol is ook geschikt voor een reeks alternatieven voor zuivel, zoals yoghurt, spreads, ijs, desserts en zelfs fetakaas die tot in Griekenland wordt toegepast. Ook voor gelatinevrije snoep, die als veggie wordt gepositioneerd, is het een oplossing. En we werken aan betere alternatieven voor vlees, de grootste potentiële markt. Veel plantaardige voedingsproducten op basis van Avebe ingrediënten zijn nu al te vinden in de schappen van de supermarkt.”

 ‘We werken aan de grootste potentiële markt: betere plantaardige alternatieven voor vlees’

Naar minder vet en suiker

Een ander voorbeeld is de wens om vet en suiker in voedingsmiddelen te reduceren ziet de marketing manager. ‘’Als je echter vet uit een product haalt verander je de textuur. Hierdoor is het zogenoemde mondgevoel van zo’n product anders: het voelt en smaakt minder romig. Avebe produceert zetmelen en eiwitten die helpen om dat te compenseren en het product net zo smakelijk te maken, ondanks dat er minder vet in zit. Deze ingrediënten zijn clean label en allergeenvrij. Avebe biedt voor dit soort situaties een totaaloplossing aan zijn klanten met niiet alleen een ander ingrediënt, maar een compleet nieuw recept. Zo nemen we productontwikkelaars van onze klanten tijd en werk uit handen.”

Avebe

‘Clean label zetmelen’

Productinnovaties met zetmeel en eiwit worden belangrijker  omdat consumenten steeds vaker willen weten wat er nu precies in de producten zit die zij eten. Harkema: “Mensen willen weten of wat ze eten gezond is of juist niet. Dan zien ze liever zo min mogelijk e-nummers op de etiketten omdat die een negatief imago hebben. Maar die e-nummers zitten er soms niet voor niets in en zijn niet allemaal kunstmatig. Avebe ontwikkelt zogenoemde ‘clean label zetmelen’. Die hebben de eigenschappen van zetmelen met e-nummers, maar kunnen gewoon als ‘zetmeel’ op het etiket vermeld worden. Daarnaast zijn de zetmelen en eiwitten die Avebe produceert allemaal plantaardig en allergeenvrij. De aardappel is dus een heel ‘schoon’ product. En dat wordt gewaardeerd door onze klanten. Wij zijn dan ook transparant in ons productieproces en welke grondstoffen wij gebruiken.”

Innovatiecentrum

Om een rol te blijven spelen in deze innovatieve markt opende Avebe afgelopen najaar het Innovatiecentrum op de Zernike Campus in Groningen. Harkema: “Hier hebben we onze interne afdelingen Marketing, Sales en Innovaties samengebracht en werken we intensief samen met de Hanzehogeschool, Rijksuniversiteit Groningen, startups en andere bedrijven.”

“We willen verder groeien in goede voeding. Ons aardappelzetmeel en aardappeleiwit voegen waarde toe voor onze klanten. We streven naar de beste oplossing en willen met onze innovaties aansluiten bij de behoeften en trends in de markt.

 

Plantaardige eiwitten: marktvraag in vlees, zuivel en gezond

De markt voor plantaardige eiwitten is volgens Jaap Harkema miljoenen tonnen groot en groeit hard met 5 tot 7 procent per jaar. “De traditioneel grootste bronnen zijn soja en tarwe. Erwt komt sterk op. En er verschijnen steeds meer nieuwe plantaardige eiwitten op de markt waar aardappeleiwit er een van is.”

“De markt zoekt naar plantaardige eiwitten die in staat zijn dierlijke eiwitten te vervangen die niet allergeen zijn – soja en tarwe zijn dat wel –  en die een hoge voedingswaarde hebben, vergelijkbaar met melkeiwit.”

De behoefte aan plantaardige eiwitten zal volgens hem stijgen in productsegmenten als vlees, zuivel en sport- en gezondheidsvoeding (dranken, repen, gepersonaliseerde voeding voor ouderen en patiënten etc). Door de vraag naar alternatieven voor vlees en zuivel groeien plantaardige eiwitten met dubbele cijfers op de markt voor levensmiddelen, zo blijkt uit het EU-rapport de ontwikkeling van plantaardige eiwitten in Europa.

Promoten voor voeding

Diervoeder blijft de belangrijkste afzetmogelijkheid (93 procent), maar op de markt voor plantaardige eiwitten is een aanzienlijke segmentatie ontstaan door de groeiende vraag in de sectoren hoogwaardige diervoeders en levensmiddelen. Een van de voorstellen van de Europese Commissie om de productie van plantaardige eiwitten te ontwikkelen is het promoten van de voordelen van plantaardige eiwitten voor voeding, gezondheid, klimaat en milieu. Dat gebeurt dit jaar met steun van bijna tweehonderd miljoen euro van het promotieprogramma van de Commissie.

 

 

 

 

Moslim consument zoekt inspiratie in de keuken

Een kwart van de wereldbevolking is moslim. In België is dit 15 procent en in Vlaanderen 10 procent. Deze percentages groeien sterk en marketeers en producenten dienen voldoende oog te hebben voor deze moslimconsument. Dit kwam naar voren tijdens het tweede seminar van VLAM over etnomarketing tijdens de land- en tuinbouwbeurs Agriflanders in Gent. Drie sprekers over de kansen die de moslimconsument biedt voor Belgische –  en Nederlandse – ondernemers.

1.Het diepte-onderzoek ‘De moslimconsument: voedingsgedrag en aankoopgewoonten’ door Lies Vandaele, Research director bij Ipsos.
Om te kunnen inspelen op de onbenutte marktopportuniteiten die de moslimconsument biedt, moeten we de moslimconsument beter leren kennen. Dit doen we door de attitudes, motivaties en barrières ten aanzien van versproducten in kaart te brengen en te onderzoeken hoe we deze doelgroep het best kunnen bereiken. Om inzicht te krijgen in het feitelijke koopgedrag van de moslim voornaamste verantwoordelijke voor aankoop volgden we hem en haar op hun shopping trip. Diepte-interviews gaven inzicht in de houding tegenover voeding in het algemeen en versproducten in het bijzonder.

Welke factoren bepalen de eet- en kookgewoontes?
Hoe moslims omgaan met eten en koken is het resultaat van verschillende invloeden die we kunnen onderbrengen in vier groepen: de stad/omgeving waarin ze leven, de cultuur van het land van herkomst, de religie en de sociaaleconomische situatie.

We zien ook dat hoe beter de sociaaleconomische situatie is, hoe vrijer mensen omgaan met de invloeden en de inspiratie van buitenaf. Het aanbod van de inspiratie wordt dan weer bepaald door de omgeving waarin ze leven.

Het is belangrijk te begrijpen dat religie niet hetzelfde is als culturele afkomst. Bij religie gaat het om regulerende principes die meegegeven worden vanuit de islam, maar ook de strekking waartoe ze behoren en de persoonlijke manier waarmee ze met deze regels omgaan. Bij de culturele afkomst gaat het over familietradities, smaken en voorkeuren die gelinkt zijn aan de streek/het land waar ze vandaan komen.

Evolutie naar hybride eetcultuur

De traditionele eetcultuur van Turkse en Marokkaanse Belgen evolueert naar een hybride eetcultuur, een mix van elementen uit het land van herkomst met elementen uit de West-Europese voedingscultuur. Vooral door de week komen ze tot een eetpatroon dat ‘Vlaams’ gestructureerd is. In het weekend wordt er traditioneler gekookt en wordt meer tijd genomen om samen te eten.

 

Moslim cons vers ass

Moslimconsumenten doen moeite om vers te kopen. Het is de manier om naasten gezond te voeden en liefde te tonen.

Prijs, versheid en hoeveelheid zijn belangrijk

Er wordt moeite gedaan om ‘vers’ te kopen en te eten. Het is de manier om je naasten gezond te voeden en je liefde te tonen. Voorraad (genoeg in huis hebben) blijft ook belangrijk. Er moet altijd voldoende voorraad zijn om te kunnen koken voor iedereen die in huis is of op bezoek is.
De moslim is prijsgevoelig en maakt daarnaast vooral een afweging tussen vertrouwde smaak en kleur enerzijds en de mogelijkheid om te bewaren anderzijds. Er wordt vaak in grote hoeveelheden gekocht.

De afkomst van de producten speelt mee bij de aankoopbeslissing. Hierdoor heeft lokaal wel een betekenis, zij het impliciet. Er is vooral openheid voor lokaal aankopen als het gaat over producten die typisch Belgisch zijn of hier goed kunnen groeien en ook over het gevoel dat het van de boer komt, dat je dat kunt zien, voelen en ruiken.
‘Bio’ is dan weer geen garantie die moslims voor waar aannemen; er is zelfs argwaan tegenover het biolabel. De Marokkaanse en Turkse consumenten vinden bioproducten eigenlijk te duur. Versheid is voor hen een veel belangrijker aankoopcriterium dan milieubewust. Bewust seizoensgebonden kopen doen ze zelden. Ze gaan er van uit dat alle producten het hele jaar door beschikbaar zijn en willen ze ook altijd kunnen kopen.

Religie en kookkunst

De voedselconsumptie vertoont pieken rondom belangrijke religieuze rituelen, zoals de ramadan. De tradities vervagen, maar de voorkeur voor verse producten en het aanleggen van een ‘strategische’ voorraad blijven. De moslimeetcultuur is iets traditioneler.

Uitgebreid voorbereiden van de maaltijd maakt deel uit van de cultuur. Gemak wordt dikwijls gehaald door het invriezen van restanten en maaltijdcomponenten die men later kan gebruiken. Verder is men erg zintuiglijk ingesteld: niet alleen de smaak maar ook de kleur en de geur die een groente of fruit aan een gerecht kan toevoegen, zijn erg belangrijk.

Halal of religie is vooral van belang voor vlees en kaas, yoghurt en heeft veel te maken met vertrouwen. Halal aankopen gebeurt vooral bij de slager en in de etnische winkel. Voor een aantal is een halalaanbod in de supermarkt zeker te vertrouwen. Dit vertrouwen moet echter nog groeien. Dit kan enerzijds door een verdere stijging van de reputatie van het (huis)merk en door een grotere aftrek van deze producten door andere moslims. Bij kaas en yoghurt is duidelijke productinformatie van belang en bepaalde apps helpen in de zoektocht naar de juiste producten.

Colruyt Laagste prijzen en Lidl favoriete winkels

Versheid, hygiëne en prijs bepalen vooral de keuze voor de winkel. De moslimklant is prijsgevoelig en kiest daarom voor winkels die een lageprijspolitiek hanteren. Supermarkten worden bovendien als hygiënisch gezien. In Belgie zijn Colruyt en Lidl daarom de favoriete winkels: er is een ruim aanbod en het is er netjes. Naast de droge voeding worden hier ook verse producten als kaas, fruit en groenten gekocht.

2. Hoe kan retail inspelen op de behoeften van de moslim?
De multiculturaliteit bij Colruyt Laagste prijzen werd belicht door Marieke Myngheer, Productgroepmanager van Colruyt. Zij neemt ons mee in de multiculturele veranderingen voor de Colruytklant.

Dierlijke bestanddelen in veel producten, onduidelijke (halal)definities, lange lijsten van E-nummers en de eigen voorkeuren stellen de moslimklant voor keuzeproblemen. Hoe vindt de moslimconsument zijn weg in de winkel?

Colruyt geeft met ‘etnoproof’ een oplossing voor klanten met verschillende levenswijzen. Met duidelijke iconen voor vegetarische, veganistische en alcoholvrije producten zorgt ‘etnoproof’ voor eenvoudige oplossingen en goede vindbaarheid. De app Mycolruyt is een handig instrument om de keuze voor de multiculturele klant te vergemakkelijken en komt hiermee tegemoet aan het keuzeprobleem van de moslimconsument.

In het profiel van MyColruyt-app geeft de klant zijn favoriete voorkeur en/of levensstijl aan. Hij vinkt aan of hij graag glutenvrij, lactosevrij, vegetarisch, veganistisch, alcoholvrij en/of halal wil eten, en via een groene duim bij de producten weet de klant meteen of deze geschikt zijn en voldoen aan zijn keuze. Deze iconen zijn binnenkort ook terug te vinden op de huismerken van Colruyt. De klant hoeft dan niet meer ellenlange ingrediëntenlijsten  te lezen, maar ziet in één oogopslag of het product aansluit bij de gekozen voorkeur. Colruyt zet ook in op herkenning en lanceerde een 40-tal specifieke producten voor de moslimconsument. Dit productassortiment gaat van couscous over thee tot verse kazen.

3. Hoe pak je de nieuwe consument aan?
De moslimconsument biedt een enorm potentieel. Dat vertelde Rachid Lamrabat van het etno- communicatie- en marketingbureau, Tiqah. De moslimgemeenschap vertegenwoordigt 15% van de Belgische bevolking en groeit continu. Dit komt hoofdzakelijk doordat de moslimgemeenschap een jonger leeftijd (29 jaar) heeft ten opzichte van niet-moslims (32 jaar). Door deze jongere leeftijd hebben moslims gemiddeld meer kinderen (3,1) dan de autochtone bevolking (1,9). De Belgische moslimgemeenschap bestaat hoofdzakelijk uit Marokkanen (46 %) en Turken (26 %). Ook mensen met een Arabische, Pakistaanse, West-Afrikaanse achtergrond zijn een groeiende groep.

De islam is een ‘way of life’. Het geeft de mens vrede in het hart. Het is een remedie voor negatieve emoties zoals jaloezie, verdriet en woede. Het begeleidt de moslim in het alledaagse leven en de islam maakt deel uit van de identiteit. In essentie betekent moslim zijn in België het volgende: harmonieus leven in synergie met zichzelf en de anderen rondom zich.

De islamitische identiteit kan gedefinieerd worden aan de hand van het winkelkarretje. Geen alcohol, geen producten op basis van varkensvlees, geen additieven van dierlijke oorsprong en geen naakte figuren op verpakkingen. Enkel producten die voldoen aan de halalregels.
De moslim zit vaak gevangen tussen twee culturen en heeft het gevoel niet aanzien te worden als volwaardig lid van beide culturen. Er is een sterke focus op familie. Beschermend en reactief jegens potentiële bedreigingen tegenover de familie in het algemeen en de kinderen in het bijzonder.
Lamrabats betoog was er een van wederzijdse kennis en vertrouwen. Het opbouwen van ‘trust’ is essentieel om moslims te benaderen. Om vertrouwen op te bouwen moet men elkaar eerst leren kennen. Als marketeer volstaat het niet om enkel de verpakking of de communicatie aan te passen naar deze doelgroep. Je moet de moslimconsument leren begrijpen en aangepaste producten voor hem ontwikkelen.

Gemak is een belangrijke trend voor de moslimgemeenschap. Het zijn vooral de moslims van de derde generatie in België die gemaksproducten kopen en naar de supermarkt gaan. Hun grootouders kopen nog het liefst rechtstreeks bij de boer. De vertrouwensrelatie tussen hen en de boer is essentieel en overstijgt het halallabel.

Communicatie moet inspireren

Communicatie naar de moslimconsument moet inspireren: nieuwe dingen leren kennen, gerechten tonen en tips geven. Maar het is niet nodig om producten in traditionele Turkse of Marokkaanse gerechten te plaatsen. Ze staan open voor de Vlaamse cultuur.
Communicatie moet niet integreren of assimileren: de diversiteit in de doelgroep is groot. Dus als je de ene aanspreekt, kan het voor de ander als ‘niet voor mij’ gezien worden. Omdat eten zo belangrijk is, is deze groep ook via vele kanalen te bereiken, zowel push als pull en zowel online als offline.

BLACK SMOKE This is where the BBQ magic happens!

 

 

 

Een ode aan de perfecte vuurbereiding, dat is BBQ-tempel Black Smoke. Een uitgave met veel beeld van een roadtrip door de Amerikaanse BBQ culturur. Met unieke recepten met een grillig randje: intens, dark en bombastisch of bright, light en sterrenwaardig. 

Black Smoke - cover

Ontdek hoe bijna alles, van vlees en vis tot groenten, cocktails en desserts, lekkerder wordt van een flinke lik vuur of snuif rook. En voor de lovers of liquid druipen de pagina’s van de bier-, wijn- en cocktailgeheimen uit de |BS| Bar. Alles met een flinke dosis |BS| Attitude maken dit het must have BBQ-boek voor de barbecueër wanting to impress. Because we like to set the house on fire!
 

Jord Althuizen (van o.a. Smokey Goodness, The Rough Kitchen) en horecaondernemer Kasper Stuart (van o.a. Brasserie Appelmans, The Dirty Rabbit) zijn de twee mannen achter BBQ-restaurant Black Smoke in Antwerpen.

Dit voorjaar opent het restaurant in Rotterdam.

Black Smoke | Jord Althuizen en Kasper Stuart | ISBN: 9789021570761 | € 39,99 |

kosmosuitgevers

Eet beter in 28 dagen

Dokter Tamara de Weijer helpt Nederland met gezonde leefstijl

Eet beter in 28 dagen

 

De helft van de Nederlanders kampt met overgewicht, blijkt uit cijfers van RIVM en CBS.  Vaak is een ongezonde leefstijl met ongezond voedsel de oorzaak. Met Eet beter in 28 dagen wil huisarts  en voorzitter van Arts en Leefstijl Tamara de Weijer de Nederlander helpen om naar een gezonde leefstijl te gaan.

In dit praktische boek staan tips voor het starten met een nieuwe leefstijl en het volhouden hiervan. Het bevat veel informatie over de effecten van voeding op het lichaam en verder recepten en weekmenu’s voor snelle en lekkere maaltijden.

Eet beter in 28 dagen Tamara de Weijer | €20,- | 9789021568997

kosmosuitgevers

Agrifirm werkt met Protix aan nieuwe concepten met insecten

ProtixOERei p-0dd9001d5c8e02451cba06418b7740738_view

Agrifirm werkt met Protix aan nieuwe concepten met insecten.  De initiatieven variëren van het ontwikkelen van concepten voor vleeskuikens, leghennen en varkens tot gerichte toepassingen voor een circulaire bodemverbeteraar.

Dick Hordijk, CEO van Agrifirm: “We zijn er trots op dat we onze krachten bundelen met die van een andere Nederlandse pionier op het gebied van circulariteit en duurzaamheid. Deze samenwerking past binnen de missie van Agrifirm om een verantwoorde voedselketen te creëren voor toekomstige generaties. De toekomst van voedsel dwingt alle spelers in het wereldwijde voedselsysteem om opnieuw te kijken naar hun oude ideeën over hoe voedsel wordt gemaakt, waar het vandaan komt en of het echt gezond en duurzaam is. Een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties kan alleen worden gerealiseerd indien alle spelers daadwerkelijk bereid zijn hun gewoonten te veranderen. Een verantwoordelijkheid die ook zakelijke kansen met zich meebrengt. Wij zijn van mening dat hier een mooie kans ligt voor het ontwikkelen van meer concepten als OERei, een innovatief eiconcept dat Protix enkele maanden geleden succesvol op de markt heeft gebracht.” 

Protix is de eerste en grootste producent van gecertificeerde, hoogwaardige en duurzame ingrediënten gemaakt uit insecten. Producten ProteinX, LipidX en Bloosom worden gemaakt in een productiefaciliteit van wereldklasse en zijn gebaseerd op de zwarte soldatenvlieg. Met hun pioniersmentaliteit en gedrevenheid om een maatschappij te realiseren met een kleine ecologische voetafdruk, willen ze het huidige voedselsysteem op de helling zetten en rigoureus verbeteren.

Tarique Arsiwalla, oprichter en Chief Commercial Officer van Protix: “Met Agrifirm hebben we een waardevolle partner, nieuwe klant en leverancier gevonden, met veel kennis en ervaring. Het bedrijf heeft een duidelijke ambitie om te zorgen voor positieve en blijvende verandering, door een voedselsysteem te realiseren dat duurzamer en meer circulair is. We zijn er trots op dat we elkaar bij die missie kunnen steunen.” Ronald van de Ven, directeur van Agrifirm Noord-West Europa: “De op resultaatgerichte cultuur van Protix past goed binnen onze ambities. We breiden ons onderzoek uit met hun ingrediënten en ontwikkelen innovatieve nieuwe producten en concepten voor houders van kippen, leghennen en varkens, zowel in Nederland als daarbuiten. Ook verbreden we ons bereik om het volledig potentieel te ontdekken van de natuurlijke bodemverbeteraar van Protix – met een hoog gehalte aan organische stoffen – en de bijkomende eigenschappen ervan. We gaan uitgebreid onderzoek in het veld doen en samenwerken met het team van Protix om dit verder te vermarkten in de vorm van nieuwe producten die zowel goed zijn voor ons als voor de planeet.” Deze aankondiging volgt op een aanzienlijke capaciteitsuitbreiding die Protix op dit moment in Nederland realiseert en die in het tweede kwartaal van 2019 operationeel zal zijn.

Royal Agrifirm Group

Met meer dan 3000 betrokken medewerkers draagt Royal Agrifirm Group bij aan een verantwoorde voedselketen voor toekomstige generaties. Wij leveren meetbare, relevante en duurzame waarde op het boerenerf, op de akker en aan de voederindustrie. 120 jaar geleden opgericht in Nederland, zijn we nu een agrarische coöperatie met een internationaal netwerk van dochterbedrijven in 16 landen in Europa, Zuid-Amerika en Azië en een wereldwijd distributienetwerk. Binnen deze regio’s opererend onder de lokale merken: Agrifirm, Nuscience, Nutral, Nutrifarma, Preconex, Lusai, Cehave Korm, Bonda en Oldambt.

Met kwalitatief hoogwaardige diervoeders, premixen, concentraten, mineralenmengsels en additieven voor de veevoederindustrie, producten voor gewas- en teeltverbetering, dier- en gewasspecifieke digitale oplossingen en professioneel advies, bieden we nutritionele oplossingen voor ondernemende veehouders, integraties, voerbedrijven, distribiteurs en teeltoplossingen voor telers. Wij willen de nummer één kennis- en oplossingsgerichte partner zijn voor onze klanten op het gebied van veevoeders, teelten en dier-, plant- en bodemgezondheid. Better Together!

Protix

Sinds de oprichting in 2009 is het Protix missie om het voedselsysteem terug in balans met de natuur te brengen: circulariteit en gebruik van natuurlijke grondstoffen staan hierbij centraal. Het bedrijf produceert eiwitten en andere hoogwaardige nutrienten uit insecten. Deze insecten worden gekweekt op plantaardige reststromen; hierdoor wordt tegelijkertijd een bijdrage geleverd aan het terugdringen van voedselverspilling. Door hoogwaardige nutrienten uit insecten op een betrouwbare basis te leveren aan klanten maakt Protix vandaag al blijvende impact. We zijn trots op onze innovatieve veevoer concepten waarbij stappen voorwaarts gezet worden op zowel footprint als dierenwelzijn.

 

 

« Nieuwere berichtenOudere berichten »

 

  Kennis- en innovatieplatform voor de agrifoodketen ©2025 Ria Besseling