Agrifoodclicks

De Valk Wekerom Meppel produceert nu biovoeders op eigen lijn

 

Tekst: Ria Besseling

Beeld: De Valk Wekerom

De Veevoederproducent De Valk Wekerom gaat zelf in Meppel  biologische veevoeders produceren. Het bedrijf investeerde hiervoor in een nieuwe eigen productielijn die deze zomer operationeel is. Arie van Middendorp, bedrijfsleider van de vestigingen Lunteren en Meppel is verantwoordelijk voor het investeringsprogramma in Meppel, geeft uitleg over de nieuwe productielijn.

De nieuwe fabriek voor biologische veevoeders in Meppel is zodanig ingericht dat reguliere en biologische grondstoffen gescheiden zijn van elkaar. “Dat geldt voor de inname van de grondstoffen, voor de maal- en menglijn en de perslijn en ook voor de premixen, mineralen, vloeistoffen en laadstraat. Het zijn kortom twee compleet gescheiden fabrieken op een locatie”, vertelt  Arie van Middendorp.

Aanleiding voor de uitbreiding op de locatie is de landelijk sterk stijgende vraag naar biologische veevoeders. Bij De Valk Wekerom is de omzet van biologisch voeder vorig jaar gestegen met ruim 30 procent. De verwachting is dat dit de komende jaren verder toeneemt. De coöperatie heeft al sinds 2001 biologisch voer in haar assortiment maar liet deze productstroom tot voor kort bij derden produceren. “Door de groei van de afgelopen jaren wordt het nu interessant om het in eigen beheer te gaan produceren. De fabriek, die acht jaar in ons bezit is, wordt nu al uitgebreid met een tweede fabriek. Door in de biologische productie een samenwerking aan te gaan met AgruniekRijnvallei wordt de productie in Meppel hoger. Hierdoor nemen de kosten per ton af en dat is gunstig voor onze klant. Daarnaast kan door de samenwerking fabriekspecialisatie worden doorgevoerd”, legt de bedrijfsleider uit.

In de nieuwe fabriek zijn de maal- en menglijn voorzien van een wals,  hamermolen en menger met een perslijn, ingericht door Van Mourik Machinebouw, Strukton voor de elektriciteitsvoorzieningen en Engie voor automatisering. “De nieuwe enkelassige menger van Van Mourik, heeft een capaciteit van van drie ton, is prima geschikt voor het doel en voldoet aan de huidige wet- en regelgeving om goede meetprocedures uitvoeren”, aldus Van Middendorp. “Dit is bovendien een mooie compacte menger die prima past in de nieuwe afdeling. We hebben gekeken naar een paddle, maar die zijn veel groter. Hiervoor ontbrak de ruimte.” Voor het afvullen en verwerken worden de batches voor 99 procent in bulk verwerkt.”Dat varieert gemiddeld van 20 tot 32 ton per vracht”.

 

De pers die hier tijdens de verbouwing werd geplaatst, is een vrij standaard onderdeel van de nieuwe productielijn. De machine werd tweedehands aangekocht, gerenoveerd en goedgekeurd door de NVWA.

 

 

De wals bij De Valk Wekerom heeft een aantal aanpassingen die specifiek voor de sector zijn. Over welke dat zijn laat Van Middendorp zich niet uit. (foto’s: De Valk Wekerom Meppel)

 

De opstelling van de nieuwe proceslijn, die een capaciteit van 30 á 35 ton per uur  heeft, is voor een groot deel vergelijkbaar met de bestaande. De installaties die op de locatie operationeel worden, bestaan voor regulier en voor biologische voeders uit de wals, hamermolen, menger mixer en persen. “Er is weinig verschil tussen beide lijnen, al is de nieuwe lijn wel op details aangepast. Dit om in kleine stappen naar een efficiënter proces te gaan.” Welke innovatieve oplossingen dit zijn? Daar laat van Middendorp zich niet over uit.

Andere oplossingen waaronder Atex-maatregelen zijn in de complete grondstoffenlijn meegenomen, tot en met de menger. De nieuwe machine voldoet aan de richtlijn en is state-of-the-art.

In totaal heeft coöperatie De Valk Wekerom in 2018 bijna 257.000 ton voer verkocht. Deze zomer wordt die productiecapaciteit verhoogd met 35.000 ton extra. “In de opstartfase is het de bedoeling om dit volume te produceren en op termijn zal dat toenemen”, verwacht Middendorp. “De installatie is dusdanig flexibel ingericht dat de verwachte volumestijging naar de toekomst toe opgevangen kan worden. Er is voldoende ruimte in de capaciteit.”

Is er mogelijkheid tot uitbreiden van de lijn? Ja die is er, bevestigt de bedrijfsleider. “De begincapaciteit is in mijn ogen heel gemakkelijk houdbaar. We moeten met deze maal- en menglijn zeker vooruit kunnen. We hebben een omgevingsvergunning van 7 x 24 uur, terwijl we 8 tot 10 uur gaan draaien. De reguliere lijn draait 10 tot 12 uur en eigenlijk kan het personeel dit gemakkelijk aan. We voorzien 1,5 tot 2 extra medewerkers in de personele bezetting dus dit kan goed uit”, zo berekent hij.

De besturing voor de bio-lijn is volledig opgenomen in de huidige besturing, maar toch ook weer gescheiden van de reguliere fabriek. Het hart van de besturing is een Siemens PLC S7 met een deel bediening met touch screen voor bediening in het veld en voor de bulkwagens bij stort.

Een deel bestaat tevens uit grotere schermen in de bedieningsruimte. “Dit biedt meer overzicht en werkt rustig voor de medewerkers. Bovendien zorgt deze opzet voor een snelle en flexibele sturing van productie. Door de besturing van de biologische fabriek in de huidige automatisering op te nemen kunnen we met weinig extra arbeidskrachten toch de beide lijnen bedienen”.

De Valk Wekerom telt op de locatie Meppel nu vier medewerkers, maar gaat naar  vijf en waarschijnlijk zes nieuwe medewerkers. Daarvan komen er 1,5 of 2 op de nieuwe afdeling te werken. Door de centrale automatisering vanuit de regelkamer kunnen de mensen in dezelfde tijd invloed op het proces uitoefenen. De Valk Wekerom koos voor deze oplossing omdat op deze manier de efficiency in productie en logistiek van de nieuwe afdeling verbetert.

Flexibiliteit versnelt

De nieuwe lijn leidt voor De Valk Wekerom tot een versnelde flexibiliteit van uitlevering, een uitbreiding van productvarianten en een vergroting van tailor made aanbod, voorziet Van Middendorp. “Door te opereren met gescheiden lijnen in één gebouw met één automatisering kunnen wij met weinig arbeidskrachten op een efficiënte wijze biologisch voer produceren. Doordat wij zelf de regie hebben kunnen wij snel bijsturen op marktontwikkelingen en klantspecifieke wensen”.

Over De Valk Wekerom

Coöperatie De Valk Wekerom UA met vestigingen in Lunteren en Meppel, produceert jaarlijks rond de 255.000 ton veevoeder. Dat gaat voor het overgrote deel naar pluimvee-, rundvee, geiten- en varkenshouders. De coöperatie is actief in de Gelderse Vallei en Noord-Midden-Nederland. Deze gebieden worden met eigen chauffeurs en vrachtwagens vanuit de twee productielocaties bediend.

Het bedrijf kende over 2018 een prima jaar. De omzet in tonnen vanuit eigen verkoop steeg met 3,2%. De jaaromzet ging met 4% van 78 miljoen euro in 2017 naar ruim 81 miljoen euro vorig jaar. Het nettoresultaat bedroeg 305.003 euro, de solvabiliteit steeg van 45% naar 47%.

 

 

 

 

Stal van de Toekomst: innovaties voor energieneutrale en duurzame varkenshouderij

Stal van de Toekomst werkt aan innovaties voor energieneutrale en duurzame varkenshouderij

Ria Besseling

Beeld: De Hoeve Innovatie

Met de Stal van de Toekomst brengt De Hoeve Innovatie de laatste innovaties binnen de Keten Duurzaam Varkensvlees voor het voetlicht. Het bedrijf in Valkenswaard werkt aan oplossingen voor een energieneutrale en duurzame varkenshouderij. Het doel: ondernemen met gezondere dieren en een hogere opbrengst zonder directe schaalvergroting.

Dagontmesting verlaagt emissie

Een van de innovaties richt zich op het verbeteren van milieu en dierenwelzijn. Het doel is de ammoniakuitstoot met 85 procent en de geurvorming met 70 procent terugdringen. De innovatie komt tegemoet aan de wens van de provincie Noord-Brabant dat de stallen al over drie jaar moeten voldoen aan de nieuwste milieueisen.

De Stal van de Toekomst werd hiervoor ingericht met een betonnen stalvloer met koeling in de vloer. De mest van de varkens verdwijnt in goten die dagelijks worden geleegd in de monovergister op De Hoeve. De energie die vrijkomt na het omzetten van methaan tot biogas wordt weer op het bedrijf gebruikt.

Uit de pilots blijkt dat er met 1 kuub dagverse mest tot 40 kuub biogas kan worden omgezet. Dagelijks ontmesten is een van de maatregelen om de ammoniakuitstoot in de stal te verlagen en een bruikbaar alternatief voor gebruik van een luchtwasser. De monovergister is in deze optioneel

De nieuwe stalconcepten worden momenteel getest op vier Brabantse varkenshouderijen. Eric van Zutphen in Veghel heeft gespeende biggen in stallen en kraamstallen met dagontmesting. Aandacht voor dierenwelzijn en ook dagontmesting moeten hier volgens de pilot leiden tot gezondere dieren en een hogere opbrengst.

StalvdToek Vinkel Erwin van de Wielen (1)

Erwin van der Wielen houdt zich bij Tewi Agro in Vinkel in het Praktijkonderzoek Dagontmesting bezig met  onderzoek naar het welzijn van gespeende biggen.

StalvdToek Rob en Piet van der Zanden (jan 2018) (2)

Ook op het bedrijf van Piet en Rob van der Zanden in Volkel loopt een onderzoek naar dagontmesting bij de guste en dragende zeugen, kraamzeugen, gespeende biggen en vleesvarkens. De varkenshouders zien dat een goed stalklimaat positief is voor de vleeskwaliteit.

 

Hans Verhoeven in Valkenswaard neemt als demonstratiebedrijf binnen de Keten Duurzaam Varkensvlees deel aan alle proeven voor de nieuwe stalconcepten. Medio volgend jaar komen de resultaten van de eerste metingen op de locaties naar buiten. “De metingen laten tot nu toe zien dat het concept doet wat ervan verwacht wordt. Het definitieve resultaat is bekend na een jaar lang meten”, aldus Marion Kunstt-Verhoeven. De innovatieve stalsystemen moeten straks in nieuwe en bestaande stallen kunnen worden ingevoerd. Staan hiervoor al locaties van varkenshouderijen in de planning? Marion Kunstt-Verhoeven: “Er is veel interesse bij varkenshouders. Als de metingen uitgevoerd zijn kan een ieder concreet de aanvraag indienen”.

Stal vd Toekomst Hans Verhoeven (6)

Dierenwelzijn

Een beter dierenwelzijn wordt eveneens onderzocht via pilots met een langere verblijfsduur van de biggen bij de zeug. Daarnaast moet een nieuw hogedruk drinkwatersysteem met minder risico op bacteriën leiden tot een betere gezondheid van de varkens. Hoe het dierenwelzijn verder kan worden verbeterd wordt onderzocht met het achterwege laten van het staarten couperen.

De innovatieve systemen worden ontwikkeld met steun van de provincie Noord-Brabant die 2,6 miljoen euro beschikbaar stelde. Ook WUR, ministeries, de gezondheidsraad, waterschappen en andere experts zijn betrokken bij het project om de varkenshouderij te verduurzamen.

Marion Kunstt over de plannen op langere termijn met de Stal van de Toekomst: “We willen varkenshouders helpen verduurzamen door de big data die beschikbaar komen met de RFID-oormerken, te vertalen in handzame tools. Dit om het management te verbeteren en te laten zien wat een goed stalsysteem hieraan bijdraagt”. Het belangrijkste onderscheid in duurzaamheid in de markt van korte ketenconcepten volgens Marion Kunstt: “Gezondheid is de basis, kennisuitwisseling de oplossing”. Het accent in de varkenshouderij van de toekomst ligt volgens haar op “gezamenlijk de markten benaderen, kennis gezamenlijk ontwikkelen en delen en op een gezonde omgeving en gezonde dieren”.

Korte keten concepten zetten in op circulair, lokaal en duurzaam

Tekst: Ria Besseling

Beeld: Colruyt Group, Hamletz, Dreug

De nieuwste korte keten concepten in varkensvlees zetten in op een circulaire gesloten kringloop, op lokaal en op duurzaam. Onderscheid gaat de route naar een eigen toekomst in de markt betekenen. Hoe zijn die ketens opgezet?

Varkenshouder Davy Bovyn levert vanuit gesloten kringloop

Varkenshouder Davy Bovyn in het Belgische Zonnebeke werkt met Bio-Planet samen in een circulaire lokale biologische varkensvleesketen. De biologische supermarktformule met zo’n 30 winkels in België nam begin dit jaar het initiatief om met Bovyn samen te werken. Bijzonder is dat die keten tot en met de winkel circulair van opzet is.

Met dit biologisch lokaal vers vleesassortiment speelt Bio-Planeet in op meerdere actuele uitdagingen: de klimmende vraag naar lokale en biologische vleesproducten en vermindering van voedselverspilling. “We willen een antwoord bieden op de groeiende vraag naar lokale bioproducten waarbij de vraag naar biovarkensvlees elk jaar met 4 procent stijgt”, zegt Jeroen Van Belleghem, afdelingshoofd bediening bij Bio-Planet. “Om ons van een Belgisch aanbod te verzekeren gaan we partnerships aan, waaronder BioVar.be en nu ook de samenwerking met Davy Bovyn uit Zonnebeke.”

De keten is tot en met de winkel circulair: de supermarkt laat de reststromen van haar leveranciers van kaas, plantaardige dranken en straks ook  brood op de boerderij van Bovyn aanleveren. Dit gebeurt door de transporteurs van de deelnemende leveranciers aan de keten. Bovyn verwerkt de restpartijen in een eigen bras-brijvoerinstallatie op de boerderij. Hierin worden de droge en natte producten gemengd en verpompt naar de voederbakken van de dieren.

 Restanten als varkensvoer

 De restantproducten zoals wei uit de kaasproductie van drie lokale biologische kaasmakerijen en straks ook brood vullen de granen aan die biologische boer Bovyn van eigen grond oogst. Hij verbouwt op zo’n 25 hectare akkerbouwgewassen waarvan de opbrengst volledig naar zijn 160 biologische zeugen gaat.

Met de mest van de varkens, die hij op zijn akkers kan gebruiken voor groenteteelt, maakt de varkenshouder in Zonnebeke de keten circulair en kan hij zijn ecologische voetafdruk zo klein mogelijk houden. De gesloten kringloop met gebruik van lokaal voer in plaats van soja houdt de CO2 footprint laag.

Bovendien kan Bovyn met de reststromen uit de winkel voedsel verspillen beperken. Zijn bedrijf is nu half gesloten en wordt in augustus volgend jaar volledig gesloten. 

Bio Planet lokaal-zero-waste-varkensvlees-2Bio Planet lokaal-zero-waste-varkensvlees-1

 

 De varkens gaan als ze na zeven, zeveneneenhalve maand afmesten slachtrijp zijn en zo’n 100 kilo wegen, naar slachterij Van Hoornweder in Torhout. Uitsnijderij Delavi in Tielt verwerkt de karkassen vervolgens tot technische delen. Daarna wordt het vlees op de slagerijafdeling van iedere Bio-Planetwinkel verwerkt tot varkenskoteletten, hamlappen, spiezen en barbecueproducten. De hammen worden bij Hamboerke geproduceerd tot ambachtelijke gekookte ham voor de vleeswaren bedieningsafdeling in de Bio-Planetwinkels.

Davy Bovy is positief over zijn ervaring met Bio-Planet. “We hebben een open relatie over de opzet en de algehele voortgang van dit ketenconcept met goed overleg.”

“De afmestperiode van zeven maanden viel me mee, maar het spenen en de batterijperiode kostten me meer moeite. De speenvoeders zijn kwalitatief minder goed omdat het wetgevend niet is toegestaan om bepaalde dingen of grondstof in biologische voeders te gebruiken. Dit in tegenstelling tot gangbare voeders.”

Over de verkoopprijs die het concept hem oplevert laat hij zich niet uit. “Ik ben enorm trots dat ik op mijn boerderij kringlopen kan sluiten en zoveel mogelijk verliezen kan beperken.”

Ook keten met BioVar.be en Delav

Met de geboorte van de eerste biggen in de nieuwe biologische varkensstal in Ruiselede ging begin dit jaar vanuit de Colruyt Group een andere samenwerking  rond biologisch varkensvlees van start. In augustus liggen de eerste vleesproducten uit deze Belgische keten van mesterij BioVar.be in Ruiselede en uitsnijderij Delavi in Tielt in de schappen van de winkels van Colruyt en Bio-Planet.

‘Gezondheid is de basis, kennisuitwisseling de oplossing’

 

Hamletz varkensvlees: diervriendelijk en energieneutraal

Het Nederlandse Hamletz-vlees komt uit een diervriendelijke en energieneutrale kringloop. De familie Ten Have Mellema in Beerta houdt in de nieuwe open Dartelstal 4900 varkens volgens de eisen van het 2 sterren Beter Leven keurmerk. Annechien ten Have is vanwege de aandacht voor welzijn de eerste Nederlandse varkensboer die met dit 2 sterren keurmerk werkt.

De varkens worden gevoerd met tarwe en lupine van de 200 hectare eigen land. Ook het stro in de stallen komt van het eigen land. De mest van de varkens verdwijnt in een eigen vergistingsinstallatie voor de productie van elektriciteit. Er wordt ongeveer 5 mio kWh elektriciteit aan het elektriciteitsnet geleverd. De warmte die vrij komt, verwarmt de woning en de stallen van Ten Have. Ook worden er verschillende producten gedroogd. Digestaat gaat als restproduct terug op de akkers. De gesloten kringloop met gebruik van lokaal voer in plaats van soja houdt de CO2 footprint laag.

De varkens gaan naar Vion in Groenlo. De slachterij is samen met Agrifirm ketenpartner voor Albert Heijn dat dit varkensvlees sinds juni onder de merknaam Boerderijvlees in de schappen legt. Hamletz Dartelstal uitloop voorjaarsachtig 2019 02Hamletz Annechien ten Have AH Boerderijvlees

Dreug: meerprijs geeft zeugenvlees meerwaarde 

Zeugen zijn beslist geen restproduct in de varkenshouderij, want ze kunnen in een korte keten uitstekend tot droge worst van Dreug worden verwerkt. Dreug, afkomstig van zeugen van lokale varkensboeren en verwerkt bij ambachtelijke slagers, wordt opgezet door Ivo van Dijk.

Hij werkt met Dreug als merk waarvoor nu wekelijks een zeug – vier jaar oud en rond 230 kilo zwaar – van varkenshouder Jan Pipers in Enschede naar slachterij Luijerink in Losser gaat. Al het smaakvolle rijpe zeugenvlees – zo’n 160 kilo geslacht gewicht – wordt hier tot droge worst in vier smaken verwerkt.

Van Dijk: “We zijn bezig met opschaling waarvoor momenteel plannen worden uitgewerkt. Er waren al gesprekken met boeren die willen samenwerken met Dreug”.

Dreug 50018989_2285463048445410_7593967414480470016_o Dreug Ivo van Dijk 59352708_2365480440443670_2843330399344525312_n

 Bijdragen aan verduurzamen

 Met gemiddeld ruim € 2 per kilo geslacht gewicht ontvangen de varkenshouders het dubbele van de marktprijs voor hun zeugen. Zeugenvlees is in de sector normaliter een onrendabele nevenstroom waarvoor de boer een bodemprijs ontvangt. “Van boeren wordt verwacht dat ze verduurzamen. Veel boeren willen dat ook. Maar zolang ze aan de achterkant de laagste prijs krijgen, kunnen ze dat nooit doorvertalen. Goedkoop betekent meestal ook niet duurzaam”, weet Van Dijk.

Voorwaarde is dat de varkensboeren met de meeropbrengst bijdragen aan het verduurzamen van de varkenshouderij. “Dit kan op meerdere manieren. CO2-reductie is een belangrijk issue en dierwelzijn zal een rol blijven spelen. Dreug werkt samen met bedrijven die zelf al willen verduurzamen. Zo wil varkenshouder Jan Pipers met zijn bedrijf energieneutraal worden.” Dreug levert momenteel aan delicatessenwinkels in Overijssel, Utrecht, Noord-Holland en in Duitsland. Levering aan horeca wordt toekomst.

 

 

 Annechien ten Have:

‘Best lastig aan consument uit te leggen wat een beter welzijn is’

“Het is best lastig om aan de consument uit te leggen wat een beter welzijn is. Het blijkt dat de consument het Beter Leven Keurmerk wel kent, maar geen focus heeft op de sterren. Dus is twee sterren relatief onbekend. Dat is een hobbel die we moeten nemen”, ziet Annechien Ten Have, varkenshouder met 2 sterren Beter leven Keurmerk.

Albert Heijn brengt dit varkensvlees onder de merknaam Boerderijvlees in de schappen. Hamletz vlees ligt verder in de winkels van Boon, Deen, Hoogvliet en Poiesz. Plus had het merk tot voor kort op proef in het assortiment, maar ziet een uitdaging in de verwaarding en het prijsverschil met  1 ster Beter Leven en biologisch varkensvlees. Ook winkelcommunicatie en naamsbekendheid van Hamletz zijn punt van aandacht. 

Diviande lanceert Fifty Fifty: hybride product van half vlees half groente

Diviande Package-FiftyFifty-web-300x160-1-300x180

Diviande lanceert Fifty Fifty, een nieuw hybride productconcept dat voor 50 procent uit vlees en voor 50 procent uit groente bestaat.

Fifty Fifty is volgens Diviande een alternatief voor consumenten die minder vlees willen eten (flexitariërs). Ook kan het gebruikt worden om kinderen meer groente te laten eten.

Het concept bestaat momenteel uit twaalf producten, waaronder een Boon-stam, Bretonse Schnitzel, Champignon Schnitzel, Koteletto, Burger Italian style en Burger Mexican style.

Voor de producten worden meer dan vijftien soorten groente gebruikt. Fifty Fifty zit in een  verpakking die volgens Diviande het plasticverbruik met 80 procent terugdringt.

Diviande is een internationale vleesproducent, ingericht voor het portioneren en vacuüm verpakken voor retail, horeca, cash en carry en de leisure markt. 

 

 

  Kennis- en innovatieplatform voor de agrifoodketen ©2024 Ria Besseling